I Get by with a Little Help from my Friends

Geplaatst op 24 oktober 2016

Voor het vak ‘Kunst, Cultuur en Maatschappij’ hebben Daisy Lima Mosso en ik onderzocht hoe de gespannen verhouding zich voltrekt tussen kunstenaars en technisch personeel. Dit bespreken wij aan de hand van The Beatles. Bestaat de groep uit meer dan vier mannen? Vind het uit!

Hamburg 1960; vijf langharige jongens uit Liverpool staan in leren jasjes te rocken: The Beetles. Dertien jaar later is er nationale rouw in Engeland; The Beatles gaan uit elkaar. Nostalgisch worden de vier nette jongens met bloempotkapsels herdacht. Hoe heeft deze evolutie zich voltrokken? Howard Becker (1928) schrijft dat kunst een collectieve activiteit is. Een kunstwerk moet niet alleen geproduceerd worden, maar ook gedistribueerd en geconsumeerd. In het proces van het vervaardigen van een kunstwerk is er arbeidsdeling nodig. Die deling is conventioneel en bestaat uit core personnel (creatievelingen) en support personnel (uitvoerenden en technici). Tegenwoordig is het normaal dat het core personnel alle credits krijgt. Maar zijn de ‘creatievelingen’ daadwerkelijk beperkt tot die vier mannen uit Liverpool? We zullen in dit essay de spanning tussen core en support personnel behandelen aan de hand van de evolutie van The Beatles.

image

De vrienden John Lennon (1940-1980), George Harrison (1943-2001) en Paul McCartney (1942) kwamen uit goede gezinnen, hoewel ze hun eigen problemen hadden. Het waren de opstandige jaren ’60 en toevallig speelden alle drie de jongens gitaar. Ze besloten een band te vormen. John dwong zijn vriend Stu Sutcliffe (1940-1962) de basgitaar te leren spelen en wegens toenemende populariteit besloot drummer Pete Best (1941) zich bij de band te voegen. De jongens wilden onder het juk van hun familie uitkomen en hun eigen pad bewandelen. Ze besloten naar Hamburg te vetrekken en daar hun geluk te beproeven als The Beetles.

De opstandigheid zou blijven, maar de vrijheid was van korte duur. Ze traden steeds meer op, Pete werd vervangen door Ringo Starr (1940) en Stu besloot dat The Beatles een betere naam was. Derhalve werden ze ontdekt door Brian Epstein (1924-1967). De act moest echter wel veranderen; geen platenbaas zou onverzorgde, ruige types onder zijn label willen. Met tegenzin verwisselden ze hun leren jasjes en spijkerbroeken voor nette pakken en fotografe/kapster Astrid Kirchher knipte hun lange lokken af, waarmee ze de bekende Beatles coupe ontwierp. The Beetles zijn verpletterd, The Beatles zijn geboren.

image

Brian regelde een auditie bij platenlabel EMI. Platenbaas George Martin (1926-2016) was meteen enthousiast; nette jongens met vrolijke rockliedjes zouden het goed doen bij de meisjes. Vijf was echter te veel: Stu moest eruit. De jongens konden het niet over hun hart verkrijgen hun vriend de laan uit te sturen, dus lieten dit over aan hun manager. De grote beslissingen die The Beatles zo’n groot succes zouden maken, zijn dus niet bedacht door de Fab Four zelf. Dit zou nog lange tijd doorgaan en zal uiteindelijk zijn tol eisen.

image

The Beatles kregen grote horde fans: The Beatlemania. Wat leek op een jongensdroom, begon de bandleden tegen te werken. In plaats van een muzikale rockband, waren ze in een Boybandveranderd. Ze werden gewaardeerd om hun looks, niet om hun muziek; de vrouwelijke fans gilden tijdens concerten zo hard, dat ze niet meer live boven het gegil uit konden komen en besloten te playbacken. Ze stopten met toeren en probeerden met opstandig gedrag iets van hun imago te herstellen. Zo stuurde o.a. John zijn koninklijke onderscheiding terug en gingen ze op aanraden van Bob Dylan experimenteren met lsd.

image

Het is 1967, the summer of love naderde en het werd tijd voor een nieuw imago; de lsd zorgde voor meer psychedelische muziek, ze gingen kleurrijke kostuums dragen en lieten hun snor en haar weer groeien. Na de dood van Epstein gingen de bandleden in de leer bij Yogimaster Maharishi om innerlijke rust en kracht te vinden. De Beatlemania nam af, maar de media nam hun taak over. The Beatles werden steeds negatiever in beeld gebracht; hun drugsgebruik werd uitvergroot en elk uitspraak uit zijn verband gerukt, zoals het citaat van John in 1966: We are bigger than Jesus’. The Beatles voelden zich marionetten van de industrie. Dit verergerde door hun nieuwe manager Allen Klein (1931-2009). Hij ontfutselde een hoop van hun opbrengsten en The Beatles wilden meer zelfstandigheid en keuzevrijheid. Dit resulteerde in een collisie tussen vier individuele visies en in 1973 gaan The Beatles uiteindelijk uit elkaar.

Het succes van The Beatles was niet slechts afhankelijk van het core personnel. We hebben de grootste namen van het support personnel beschreven en aangetoond dat zij net zo belangrijk waren voor het succes. De muzikale wegen die de bandleden daarna zijn ingeslagen zijn ook allemaal het resultaar van maatschappelijke invloeden, zoals die van Bob Dylan, de fans, de media en the summer of love. Het gecreëerde imago was de crux. Hiermee willen we niet onderdoen aan de bewonderenswaardige kwaliteit van The Beatles, maar we willen aantonen dat het onterecht is om alleen credits te geven aan de artiesten. Het zal gissen blijven of The Beatles zonder Epstein en Martin ooit succesvol waren geworden of juist langer bij elkaar waren gebleven. Feit blijft dat The Beatles zoals wij die kennen er niet waren geweest zonder onzichtbare genieën achter de vier bandleden.

image
Referentielijst
Alexander, V.D. (2013). Sociology of the Arts – Exploring Fine and Popular Forms. Massachusetts, Verenigde Staten: Blackwell Publishing.
Clayton, M. & Hill, T. (2010). The Beatles – Een geschiedenis in beelden. Bath, Verenigd Koninkrijk: Parragon Books.
Lennon, J., Mccartney, P., Harrison, G. & Starr, R. (2000). The Beatles Anthology. San Francisco, Verenigde Staten: Chronicle Books.

 


No Replies op "I Get by with a Little Help from my Friends"